De lange rij stomend blik strompelt door de dorpjes en langs de boomgaarden aan de RN 86, waar een vooralsnog onduidelijke calamiteit alle verkeer stremt. Nu zijn files, helaas, een dagelijkse realiteit geworden, waar we dus ook in de Rhône-vallei mee geconfronteerd kunnen worden.
Maar het is daarbij nog eens bloedheet ook ! Beklemmend. Verstikkend. Geen idee waarom we niet doorrijden. Het slimmigheidje om van rivieroever te wisselen heeft ook niet gewerkt, want daar schoot het nog minder op. Dan maar weer terug, want de bestemming ligt toch, ooit, aan déze oever.
Het rechterportier van de auto voor me zwaait open en een luchtig geklede vrouwe (is dat niet dat fotomodel, die ... kom, hoe heet ze nou ook al weer .. die ene die ...) gidst haar chauffeur met voorzichtige gebaren tegen de voorganger aan ! Lachend werpt ze haar bovenkleding door het open raam de auto in en in bikini duikt ze pardoes in de aanlokkelijke baren van de Rhône.
De man, een Hugo Boss-model, stapt nu ook uit, controleert even of zijn auto wel netjes de wagen voor hem volgt, ziet ook dat de brug kaarsrecht is, en opent dan de kofferbak. In jubelstemming werpt hij er schoenen en sokken, zijn pak en shirt in, en weet niet hoe snel hij zijn vriendin na moet duiken. Lachend, proestend waterzooien ze naar de overkant, waar ík nog lang niet ben.
Als ik nog eens goed kijk, zie ik in het oventje dat voor me rijdt twee senioren al even aardappelzakkig zitten als ik. Waarop mijn besluit vaststaat: als de oever eenmaal bereikt is, zal er, bij hotel-restaurant 'Aux Berges du Rhône' te Sarras, wiens verschoten vlaggen slap neerhangen, gestopt gaan worden.
-"Une aperitive monsieur?"
(Welnee ! Water ! Veel en koud water !!)
"Eh, een glas witte wijn misschien ?"
-"Maar natuurlijk. Ik breng u de kaart."
"Merci, maar, eh, mag ik ook alvast een fles water ?"
Het menu hoeft helemaal niet ingekeken te worden. Het is de Rhône die langs de vensters stroomt ! Dus er kan eindelijk weer eens friture gegeten worden!
Friture heeft niets van doen met patat of bitterballen, maar zijn piepkleine visjes die in hun geheel gefrituurd worden en met wat citroen en peterselie worden geserveerd. O zo simpel en o zo heerlijk. En daar hoort een rosé bij. Wat voor rosé, dat maakt in deze hitte niet meer uit, al hoopt men immer dat de wijn beter zal zijn dan de karaf die men ooit in een naburig dorp durfde te serveren.
Ach, als 't maar ijs- en ijskoud is...
De rosé uit de Ardèche, dat hier 'om de hoek' ligt, is helemaal zo slecht nog niet, gelukkig lekker koud, en de friture is likkebaardend lekker. De citroen vraagt om morsen, want het is zo prettig om het sap dat langs de vingers sijpelt handenwringend te verdelen. Heerlijk fris. En wat is het uitzicht, met brug, over die schier mythische rivier toch mooi.
Ik zie een dessert naar een andere tafel gaan, waardoor ik het besluit neem om een kamer te vragen: ze hebben hier perziken op rode wijn...
Van goede wijn word je niet drónken, maar geïnspireerd, heeft Kees ons als devies bijgebracht; en hij heeft helemaal gelijk. Maar als de hitte doet hallucineren, helpt enkel nog ijskoude rosé. Een bord friture wil natuurlijk ook wel helpen. En de blauwe majestueusiteit van de Rhône... bezien vanaf een terras aan haar oever.