De dame toonde zoveel goud dat het nauwelijks smaakvol was, en haar kleding was van een peperdure eenvoud. Daarom wekte het bevreemding dat zij het huisvuil aan de stoeprand controleerde.
Iets achter haar aan kwam een schoothondje dat de zoektocht naar normale pootjes nog niet helemaal wilde opgeven.
Maar nu moest het dier eerst even een drukje doen. Midden op het trottoir.
Uit haar designer tas haalde de dame een plastic zakje, waarmee ze de drol oppakte. Vervolgens werd die in een openstaande vuilzak gedeponeerd.
Kalm wandelde ze verder, haar vingers strelend met de duim van dezelfde hand. Ze bracht die hand naar haar gezicht. En rook er even aan.
Ook de hond leek het de normaalste zaak van de wereld te vinden.